Diversiteit en inclusie in de organisatie: het heet op weerstand te stuiten van de mensen op de werkvloer. Recent onderzoek weerspreekt dat grotendeels. In arbeidsorganisaties waar zo’n beleid is / wordt opgezet, blijkt maar 7 procent van de medewerkers er negatief over; ruim 50 procent is positief, en 40 procent zegt neutraal te zijn. Dat laatste hebben werkgevers niet goed in beeld.
“Hier valt de meeste winst te behalen”, zegt Jojanneke van der Toorn, hoogleraar sociale en organisatiepsychologie in Utrecht en Leiden. “Deze mensen wil je in de positieve hoek zien te krijgen.”
Het is een van de uitkomsten van het onderzoeksproject “Het Moet Wel Werken: inclusiviteit op de arbeidsmarkt door synergie tussen wetenschap en praktijk”*. Dat bevroeg ruim 2900 medewerkers van verschillende ondernemingen over het D&I-beleid van hun werkgever.
Er zijn verschillende strategieën voor versterking van het draagvlak voor een D&I-beleid. Die zijn terug te vinden in de handreiking “Iedereen aan Boord”. Interessant hierin is hoe die per organisatielaag kunnen verschillen.
Een positieve houding vertaalt zich niet vanzelfsprekend in positief gedrag, zoals zich publiekelijk positief uitspreken. Er blijkt dat leidinggevenden en medewerkers enigszins gelijk scoren op houding, maar dat leidinggevenden hoger scoren op gedrag. De onderzoekers zien hier voor leidinggevenden een mooie kans om ‘medewerkers mee te nemen’ en zich actiever te tonen.
Het project “Het moet wel werken”
* “Het Moet Wel Werken: inclusiviteit op de arbeidsmarkt door synergie tussen wetenschap en praktijk” is een samenwerkingsverband van de Universiteit Utrecht, Nederlandse Inclusiviteitsmonitor en SER Diversiteit in Bedrijf, mogelijk gemaakt door de Goldschmeding Foundation.