Dit themadossier is d.d. 5 februari 2024 een kleine uitbreiding ten opzichte van een eerder themadossier, nl. “Arbeidsongeschiktheid en casemanagement in Denemarken”.
De uitbreiding betreft aanpassen van de titel en toevoegen van een link naar het UWV-kennisverslag 2024-1, “Inzicht in acht Europese arbeidsongeschiktheidsstelsels“. Blijkens een illustratie bestaan er grote verschillen qua inzet van professionals.
……………
Het eerdere themadossier
Ministerie en UWV bezochten Denemarken
Op inspiratie hoort reflectie te volgen
Artikel geplaatst 16 oktober 2023, als uitbreiding op artikel in KoM-nieuwsbrief diezelfde dag
‘Hoe doen ze dat in het buitenland?’ Zo’n vraag komt vaak op bij complexe kwesties zonder eenduidige oplossing. We schreven het in de nieuwsbrief van 2 oktober en op de KoM-site. Dit vanwege de publicatie van een internationaal vergelijkend onderzoek van UWV naar stelsels van arbeidsongeschiktheid.
Inmiddels blijken ministerie en UWV zich meer ‘over de grens’ te oriënteren. Met samenwerkingspartners bezochten ze Denemarken. UWV-bestuurder Johanna Hirscher plaatste begin oktober een kort verslag op LinkedIn. Samengevat ziet ze “vier belangrijke punten die het verschil maken in de Deense werkwijze.”
Interdisciplinair team: een ‘case worker’ is cruciaal in de Deense aanpak. Deze professional begeleidt de ziekgemelde, samenwerkend in een interdisciplinair team van medici, werkgevers en sociale dienstverlening.
Informatie: zelfs niet-medische professionals hebben – met toestemming – toegang tot medische gegevens. Ze zeggen daarmee een vollediger beeld te hebben en effectievere beoordeling en begeleiding.
Biopsychosociaal model: de focus ligt ook op de wisselwerking van de ziekte “met de omgeving en de sociale factoren die het werkvermogen beïnvloeden”.
Evidence-Based Strategie: “Denemarken werkt met een sterke focus op bewezen effectieve methoden. Meest interessante studie: bewezen positief effect van enkele uurtjes betaald werk.”
Hirscher sluit af: “Wat mij .. vooral raakte was de menselijke maat die het Deense systeem kenmerkt. Het bewijst dat het mogelijk is om een brug te slaan tussen efficiënte dienstverlening en individueel maatwerk.”
Kanttekeningen
‘Hoe doen ze dat in het buitenland?’ is een zinvolle vraag. De ervaringen elders inspireren, zoals Hirscher zelf ook schrijft. Tegelijk geldt: de ‘goede praktijken elders’ zijn niet zomaar in een andere context toe te passen. Er zijn voorlopig de volgende kanttekeningen denkbaar bij bovengenoemde punten.
De ‘case worker’ In Denemarken betaalt de werkgever de zieke werknemer dertig kalenderdagen (vaak volledig) door; een periode waarin meestal weinig gebeurt aan probleemverkenning of re-integratie. De werkgever heeft nauwelijks meer verplichtingen dan om uiterlijk in de 4e week met de werknemer een gesprek te voeren over terugkeer, eventueel met advies van de huisarts. De werkgever en – nemer hebben niet zoals in Nederland informatie van een bedrijfsarts of arbeidsdeskundige. Na die dertig dagen verzorgt de gemeente betaling en re-integratieactiviteiten, vaak door uitbesteding aan derden. Dat máákt een ‘case worker’ cruciaal. Blijkens een eerder artikel in het KoM-themadossier “Arbeidsongeschiktheid en casemanagement in Denemarken” [hieronder] werken de casemanagers in Denemarken zeer verschillend, net als in Nederland overigens.
In Nederland is gewoonlijk de direct leidinggevende de casemanager na een ziekmelding, ondersteund door bedrijfsarts of arbodienst met hun instrumenten en voorzieningen. We durven de vergelijking aan over de (ook kosten)effectiviteit daarvan in vergelijking met het Deense systeem. De Onafhankelijke Commissie Toekomst ArbeidsongeschiktheidsStelsel concludeerde dat in ons land de re-integratie bij de eigen werkgever goed gaat.
Vakbeweging betrokken? We zijn benieuwd of de vakbeweging meereisde naar Denemarken. Bonden kunnen moeilijk enthousiast zijn over het soepele ontslagrecht in het land, over de per gemeente verschillende uitvoering van sociale zekerheid en de korte duur van – op zich gunstige – uitkeringen.
Maatschappelijke gevolgen Critici wijzen op een andere keerzijde van de ‘flexicurity’ in Denemarken. De KoM-site publiceerde in januari 2020: “Werkgevers kunnen de best gekwalificeerde werknemers aannemen en de minst productieve elementen in de beroepsbevolking ontslaan. Als gevolg van dit selectieproces zijn ongeveer 800.000 Denen tussen de 18 en 64 jaar in het sociale stelsel overgeschoten als bijstandsgerechtigden.”
Kortom: op inspiratie hoort reflectie te volgen.
KoM eerder over stelsel Denemarken: zie hieronder
Kritiek op de ‘flexicurity’ in Denemarken
Geplaatst op 14 oktober 2023, deels verschijnt deze tekst ook in de KoM-nieuwsbrief van 16 oktober 2023
/////////////////////////////////////////////////////////////////////////
Onderstaande teksten zijn geplaatst in maart 2023
De worsteling: een stelsel van arbeidsongeschiktheid
Impressies van Denemarken
Alle beschaafde landen worstelen met de inrichting van een stelsel van arbeidsongeschiktheid. Het gaat om een lastig evenwicht tussen bescherming en prikkels tot werken. Twee KoM-nieuwsbrieven brachten impressies over Denemarken. Over de duur van de ziekteperiode, resp. het casemanagement in het land. Stof tot denken, misschien ook voor de Nederlandse Onafhankelijke Commissie Toekomst ArbeidsongeschiktheidsStelsel?
KoM-nieuwsbrief 6 maart 2023:
De duur van de ziekteperiode
Samenvatting Het traject van arbeidsongeschiktheid ligt in Denemarken minder vast, de vele – ook subjectief ogende – beoordelingsmomenten en decentrale uitvoering lijken in Nederlandse ogen tot rechtsongelijkheid te leiden. Werkgevers spelen een veel minder grote rol. De wijzigingen impliceerden steeds opnieuw “hardheden”.
De duur van diverse stelselfasen is ’n lastig punt. Een uitkering arbeidsongeschiktheid is in Nederland te verkrijgen twee jaar na de eerste ziektedag, tot dan betaalt de werkgever. Die termijn is voortdurend in debat. Het is internationaal gezien lang, in diverse landen is het een of anderhalf jaar. In Denemarken was het ook een jaar, maar sinds zo’n zes jaar is het opmerkelijk kort: een half jaar. De ervaringen bij en sinds de invoering kunnen input zijn voor het Nederlandse debat.
Arbeidsongeschiktheid
Bij ziekte betaalt de werkgever in Denemarken aan de werknemer gedurende 30 kalenderdagen het (meestal volledige, afhankelijk van cao) loon door. Daarna volgt wettelijk een uitkering van de gemeente, qua maximumbedrag net iets meer dan het Deense minimumloon* (wat internationaal gezien hoog is – net als de kosten van levensonderhoud). Veel werkgevers betalen echter bij tot het loonniveau, ze zijn daartoe al of niet verzekerd. De werkgever is verplicht om uiterlijk in de 4e week met de werknemer een gesprek te voeren over terugkeer, eventueel met advies van de huisarts. Zo nodig meldt de werkgever de mogelijke arbeidsongeschiktheid aan het gemeentelijk jobcenter. Dat komt in actie met onder meer een werkhervattingsplan en het kan verschillende vormen van begeleiding bieden voor de werknemer en/of de werkplek.
Zes maanden na de 1e ziektedag moet de casemanager van het jobcenter een grondiger evaluatie maken, of de werknemer verlengde ziekteverlofuitkeringen kan genieten, waarvoor strikte voorwaarden gelden (zie onder). Eerst echter wordt bekeken of betrokkene wordt overgeplaatst naar een intensiever werkhervattingsprogramma met een verminderde uitkering, of in aanmerking kan komen voor flexi-job (minder dan de helft van de normale arbeidscapaciteit), of een arbeidsongeschiktheidspensioen kan ontvangen als zijn of haar arbeidsgeschiktheid blijvend en aanzienlijk is verminderd, zodat hij nooit in zijn onderhoud kan voorzien door te werken, ook niet in een zogenaamde flexi-job, een vorm van gesubsidieerde sociale werkvoorziening.
De arbeidsongeschiktheidspensioenuitkering is iets hoger dan het Deense minimumloon. Er wordt geen blijvende uitkering toegekend als het arbeidsvermogen nog kan worden verbeterd (tenzij betrokkene nog zes jaar of minder te gaan heeft tot de pensioengerechtigde leeftijd en een duurzame aansluiting op de arbeidsmarkt heeft).
Voorwaarden verlenging ziekteperiode
De toegang tot een arbeidsongeschiktheidspensioen is zeer beperkt in Denemarken. Verlenging van de ziektewetuitkering is dus mogelijk. Ook toen de ziekteperiode een jaar bedroeg, waren er redenen om deze te verlengen, meestal met drie maanden. Die gronden bleven gelden met de wetswijziging voor verlaging naar zes maanden. Sindsdien zijn ze verschillende keren gewijzigd en aangevuld. In 2023 moet de werknemer voldoen aan een van de volgende zeven criteria voor verlenging:
- Van de werknemer wordt verwacht dat hij na revalidatie op basis van scholing, training etc. weer aan het werk kan.
- Ter vaststelling van de arbeidsgeschiktheid wordt een gezondheidsonderzoek noodzakelijk geacht. Zo’n beoordeling moet binnen 69 weken zijn afgerond.
- Betrokkene is in afwachting van of ondergaat medische behandeling en de arts is ervan overtuigd dat hij binnen 134 weken weer aan het werk kan.
- De gemeente vindt dat de zaak moet worden behandeld door het reclasseringsteam, zodat het zo snel mogelijk kan beslissen over een zogenaamd “resource-programma”, “flexi-job” of vervroegd pensioen.
- Betrokkene lijdt aan een levensbedreigende ziekte.
- Een claim voor werknemerscompensatie voor de werknemer is in behandeling.
- Er is een aanvraag voor vervroegd pensioen ingediend. De periode van ziekte-uitkering kan worden verlengd tot er een besluit is genomen over vervroegd pensioen.
Veel specifieke (deel)regelingen
In september 2022 sprak ik over het Deense systeem met Martin Nielsen (foto), arts bij het grote Deense reïntegratiebedrijf AS3 Work&Care. Hij noemde een voorbeeld van de complexe interactie van sociale arrangementen. In Denemarken zijn appartementsgebouwen of wooncomplexen vaak eigendom van de bewoners of coöperaties van bewoners. Een nieuwe bewoner koopt zich geleidelijk in in het gezamenlijke bezit. Dit en de waardestijging konden ertoe leiden dat de bewoner bij het ontvangen van een uitkering de strenge grenzen van het eigen vermogen overschreed, en dat de gemeentelijke welzijnsdienst eiste dat de betrokkene zijn woning moest verhypothekeren of verkopen om van de waarde ervan te kunnen leven. Vervolgens moest een andere afdeling van de gemeente op zoek naar een huurwoning – maar die zal vaak duurder uitvallen in maandlasten. Hier zijn ad hoc afspraken over gemaakt.
Een ander voorbeeld van de complexiteit is het pensioen voor gehandicapten van wie het arbeidsvermogen nog kan worden verbeterd, maar die de pensioengerechtigde leeftijd naderen; de eisen met betrekking tot arbeidsvermogen en voorgaande dienstjaren zijn meermaals aangepast.
Controverse en aanpassingen
Ook de criteria voor verlenging van de ziekte-uitkering zijn onderwerp van controverse. Sinds het begin van de zes maanden durende ziekteperiode zijn er telkens aanpassingen geweest. Dit stond onder druk van de praktijk: er waren altijd schrijnende gevallen bij de uitvoering van de regels, waar politici niet omheen konden. Als een werknemer door kanker (nog) niet kan werken, geldt verlenging. Maar het is ook gebruikelijk geworden om ‘bijzondere’ voorwaarden te stellen, waarbij de werknemer bij ernstige of levensbedreigende kanker niet op hoeft te komen of te communiceren met het jobcenter. Het criterium levensbedreigend is altijd een hersenkraker voor artsen; in Denemarken waren er gevallen waarin chronisch zieke mensen, zoals diabetici, duidelijk maakten dat hun ziekte hun leven aanzienlijk verkortte; zo probeerden ze te ontkomen aan de eisen van het jobcenter om zich in te zetten voor re-integratie op de arbeidsmarkt.
Per saldo
- De praktijk van het beoordelen van de criteria voor verlenging van de ziekte-uitkering loopt sterk uiteen in Denemarken. Het gaat niet alleen om overwegingen van gezondheid of (verwachtingen over) arbeidsongeschiktheid. Wat hier wel mee te maken heeft bevat algemene termen waarvan onduidelijk is hoe deze ingevuld moeten worden; medische oordelen verschillen daarom nog meer. Mede gezien de decentrale uitvoering door gemeenten kan de Deense ziekteperiode-met-verlengingen in Nederlandse ogen als rechtsongelijk worden beschouwd.
- De gang van zaken na de verkorting van de ziekteperiode in Denemarken lijkt op de huidige Nederlandse erkenning van ‘hardheden’ waar politici niet omheen kunnen. Bij een verkorting van de ziekteperiode in Nederland van twee naar een jaar ontstaat een dilemma: hoe om te gaan met mensen die meer dan een jaar nodig hebben om te herstellen? Denk aan werknemers met kanker, PTSS, langdurige infectieziekten of mensen die de gebruikelijke driekwart jaar op de wachtlijst staan voor behandeling in de GGZ. Voor hen is het vooruitzicht op werk bijna uitsluitend de terugkeer naar de eigen werkgever. Kwaliteit op Maat onderstreept het belang van continuïteit in sociaal-medische ondersteuning.
* Denemarken heeft geen wettelijk minimumloon, maar het basisloon voor volwassen, ongeschoolde werknemers op basis van collectieve arbeidsovereenkomsten is in wezen hetzelfde.
Bron systeeminformatie
KoM-nieuwsbrief 20 februari 2023:
Deens casemanagement
Samenvatting Re-integratie van dreigend arbeidsongeschikten is in Denemarken vooral in handen van gemeenten, met veel ‘inhuur’ van re-integratiebedrijven’. Het casemanagement in Denemarken kent enige multidisciplinaire activiteiten en combinatie van groeps- en individuele sessies: interessant voor Nederlandse beroepsbeoefenaren in re-integratie.
De verantwoordelijkheid voor casemanagement volgens de Deense wetgeving berust bij de gemeentelijke jobcenters die dit op een heel verschillende manieren behartigen. Sommige gemeenten hebben voor deze taak uitgebreide multidisciplinaire teams, terwijl andere gemeenten delen van de taak (behalve de wettelijke uitkeringsbesluiten) uitbesteden aan externe aanbieders. Een voorbeeld van zo’n aanbieder is het bedrijf AS3.
Evidence-based en experience-based: het Deense reïntegratiebedrijf AS3 presenteert zich met deze forse termen op haar website. AS3 verzorgt onder meer de re-integratie van werklozen en langdurig zieken in Denemarken (ook in Finland, Noorwegen en Zweden). Dit kan in opdracht van gemeentelijke jobcenters of verzekeraars die een vergelijkbaar belang hebben bij het weer aan het werk krijgen van de verzekerde werknemers. Het veelzijdige takenpakket en de integrale benadering van de doelgroepen maken het voor Nederlandse professionals interessant om kennis te maken met deze ervaringen.
De term reïntegratiebedrijf past eigenlijk niet goed bij AS3. Het bedrijf heeft verschillende units, zoals voor outplacement en begeleiding van medewerkers resp. leidinggevenden. Zo is er een management development programma, waarin ook onderdelen zijn opgenomen die specifiek gericht zijn op het bevorderen van een stressbenadering.
Begeleiding en behandeling zijn niet strikt gescheiden
De informatie op de website van AS3 laat verschillen zien met Nederland, waar het gaat om de organisatie van werkhervattingsbevordering. In enkele steekwoorden: er is meer sprake van een multidisciplinaire aanpak, men wordt zowel individueel als in groep begeleid. Het onderscheid tussen begeleiding en (voornamelijk psychologische, maar ook fysiotherapeutische) behandeling is niet strikt. Ik sprak in september 2022 hierover met Martin Nielsen, arts bij AS3 Work&Care.
Behalve, sinds kort, een psychiater, is hij de enige arts bij het bedrijf. Hij heeft er twee rollen. Eén als sparringpartner voor psychologen, fysiotherapeuten en jobcoaches die mensen begeleiden. De tweede rol is het verstrekken van medische beoordelingen en aanbevelingen aan jobcenters en verzekeringsmaatschappijen om mensen te helpen weer aan het werk te gaan. (Naast zijn werk bij AS3 is hij ook klinisch lector sociale geneeskunde en revalidatie voor geneeskundestudenten aan de Universiteit van Kopenhagen.)
AS3 biedt gemeenten en jobcenters hulp om werklozen of zieken weer aan het werk te krijgen. Verzekeringsmaatschappijen gebruiken AS3 om het ziekteverzuim van mensen met stress of andere ziekteproblemen te managen.
In sommige gevallen vindt de medische/psychologische behandeling gelijktijdig met de arbeidsbemiddeling plaats. Dat is volgens Nielsen meer optimaal, maar het gebeurt niet altijd. Zorgverzekeraars accepteren echter steeds meer dat langere perioden van hulp, inclusief multimodale inspanningen, noodzakelijk kunnen zijn – en kosteneffectief, hoewel duur en langdurig. Wanneer ze voor verzekeringsmaatschappijen werken, kunnen AS3-medewerkers verwijzen naar psychiatrische of somatische evaluatie en behandeling indien nodig (binnen de door de verzekering gestelde limieten). AS3 verzorgt zelf – voornamelijk voor mensen die verzuimen – groepssessies voor personen met specifieke symptomen, d.w.z. mensen die zijn doorverwezen door verzekeringsmaatschappijen, bijvoorbeeld groepen voor stress of angst, pijnbestrijding, mindfulness enz. Werken in groepen vormt meestal een aanvulling op individuele contacten.
De casemanagers
‘Graded return’, mensen gedeeltelijk en geleidelijk weer aan het werk krijgen, is in de meeste landen niet gebruikelijk, maar AS3 werkt er wel mee. Nielsen wijst erop dat in Denemarken, net als in Nederland, casemanagers verschillen in de mate waarin ze dit toepassen (net zoals ze ook sterk verschillen in het raadplegen van een arts bij gezondheidsproblemen). Hij beschouwt de kwaliteit van de relatie van de casemanager met de cliënt als cruciaal voor succes. Bij gebrek aan een ‘klik’ of wederzijds vertrouwen kan de cliënt om een andere casemanager vragen, maar dat gebeurt zelden. In zijn contacten met managers zoals jobcenters benadrukt Nielsen hoe belangrijk het is dat supervisors de contactvaardigheden van casemanagers monitoren en ontwikkelen – maar hij maakt zich zorgen of dit ook echt gebeurt. De berichtgeving in de media belicht gevallen waarin het contact fout liep en de jobcenters sterk worden bekritiseerd door gefrustreerde burgers, patiëntenorganisaties enz.*
Evidence?
Gevraagd naar het “evidence-based en experience-based” op de website, wijst Nielsen erop dat AS3 de programma’s bouwt op bestaande kennis. Hij noemt ook Danica, een van de grootste pensioen- en ziektekostenverzekeraars in Denemarken. Deze meldde in 2022 aan de pers dat hun inspanningen (grotendeels uitgevoerd door AS3) hen zo’n 100 miljoen Deense kronen (ruim 13 miljoen euro) hebben bespaard. Als enige pensioen-/verzekeringsmaatschappij in Denemarken verliezen ze geen geld op de “inkomensderving”-verzekering. De multidisciplinaire begeleiding van gebruikers van deze of de zorgverzekering brengt velen weer aan het werk, op het oude niveau of gewijzigd in tijd en/of taken.
In februari 2023 herhaalde de CEO van Danica, Søren Lockwood, zijn positieve mening op Danica’s website: “Vier jaar geleden hebben we enkele basisaannames in onze strategie op gezondheidsgebied gewijzigd. Dit betekent dat onze klanten vandaag zowel meer als betere behandeling krijgen. Op deze manier zijn we erin geslaagd om meer Denen uit ziekte en weer aan het werk te krijgen en dit maakt een groot verschil in het leven van onze klanten. Tegelijkertijd versterkt het onze positie in de markt, waar bedrijven steeds veeleisender worden wat betreft kwaliteit en breedte van oplossingen voor de gezondheidszorg.”
In de e-mailuitwisseling en het persoonlijk contact wijst Nielsen op verschillende publicaties (ook enkele door hem geschreven) die delen van zijn betoog ondersteunen. In toekomstige nieuwsbrieven zal ik hier aandacht aan besteden.
Per saldo
- Op het gebied van casemanagement in het algemeen hebben Nederland en Denemarken veel overeenkomsten, ondanks wat er op websites etc. wordt gepresenteerd: dezelfde worsteling om ‘evidence’ te laten zien, de opmerkelijke verschillen tussen casemanagers onderling, de moeizame erkenning door werkgevers (Nederland) en verzekeraars (Denemarken) dat hulp bij psychische problemen tijd en geld vergt. Dat maakt verdere verkenning en uitwisseling interessant.
- Voor Nederland is het vooral interessant dat Denemarken, zij het bescheidener dan wordt gepresenteerd, enige ervaring heeft met multidisciplinaire activiteiten. Ook de combinatie van groeps- en individuele sessies verdient aandacht. Het is belangrijk dat de Denen enige ervaring hebben met het werken in één organisatie voor casemanagement voor zowel werklozen als dreigend arbeidsongeschikten.
- Over effectiviteit van het Deense vooral publieke stelsel voor re-integratie van dreigend arbeidsongeschikten, in vergelijking met de Nederlandse re-integratie onder regie van werkgevers, is geen uitspraak te doen.
* Martin Nielsen informeerde per mail over een opkomend debat. “Eigenlijk heeft de recente nieuwe regering beloofd de jobcenters te “sluiten” en werkloosheidsverzekeringen een grotere rol te laten spelen bij de re-integratie van werklozen – maar ze heeft nog niet verteld wat ze zal doen om te zorgen voor de zieke werknemers of voor het casemanagement van aanvragen voor arbeidsongeschiktheidspensioen, vervroegd pensioen, flexi-job enz. Vertegenwoordigers van jobcenters argumenteren dat de redenen voor frustratie en inefficiëntie over het systeem liggen in de veelomvattende eisen voor controle en documentatie zijn die zijn toegevoegd aan de relevante wetten, getriggerd door schandalen in de media, enz.”
Links naar relevante pagina’s van AS3
Algemeen
https://www.as3workcare.com/jobcenter/
Verzuim met mentale problemen
https://www.as3workcare.com/jobcenter/people-on-sick-leave-with-mental-or-physical-problems/
‘WORK&CARE PROGRAM, group program for the sick and unemployed with special challenges, multidisciplinary, instructed and supervised by a psychologist, physiotherapist and job coach with a view to improving personal qualifications.’
CEO Søren Lockwood op de website van Danica
Naschrift Ton van Oostrum
# Deze artikelen over het Deense systeem zijn gebaseerd op mijn gesprek in september 2022 met Martin Nielsen, arts bij het grote Deense reïntegratiebedrijf AS3 Work&Care. Voor- en nadien mailden we elkaar met vragen en informatie. Ik heb deels de definitieve versie van de artikelen gemaakt met commentaar en aanvullingen van hem, waarvoor mijn dank.
# Ik schreef begin 2020 over een ander aspect van het Deense stelsel. Per Jensen, Deens wetenschapper arbeidsgezondheid, stelt dat de flexicurity tot veel bijstandsgerechtigden leidt; zie themadossier Arbeidsmarkt en arbeidsverhoudingen
Martin Nielsen